07-10 tm 13-10 Modder, stront en een feestje in Frankrijk.

We hebben een punt geprikt richting Mont Saint Michel, maar we redden het geprikte punt niet. We doen er toch echt wel langer over dan googlemaps zegt, zeker als we tussendoor stoppen om even te lunchen en hier en daar een boodschapje doen en eind van de middag zijn we er wel klaar mee. Via de app zoek ik snel een plekje in de buurt, maar bij aankomst is het gewoon een plek langs de weg. Het lijkt niet eens een parkeerplek. Ook zou je Mont Saint Michel al kunnen zien liggen, maar wij zien alleen weiland. We rijden nog wat verder en ineens zien we het kasteel in de verte. Ook wordt de strook naast de weg breder en er staat al een camper geparkeerd. We weten niet zeker of we hioer mogen slapen, maar het is een mooi plekje, dus we gokken het erop. Na het eten gaat Tim even met Rick en Fea bij het water kijken, dat erg laag staat.

Tim roept enthousiast dat Max en ik ook moeten komen. Ze zien kleine haaien zwemmen, zoals die dode die we gevonden hadden op het strand laatst. Ik moet eerlijk zeggen dat we er beide geen zin in hebben, maar we MOETEN echt even komen kijken. Vooruit dan maar…..op het gras zegt Tim dat we onze schoenen uit moeten, want het laatste stuk is een beetje modderig. Rick staat iets lager bij het water een beetje hyper te springen. Braaf doe ik mijn schoenen uit. Ik neem een grote stap om van het gras naar beneden naar het strand te stappen en dan verdwijnt mijn voeten tot halverwege mijn scheenbeen in de modder. De jongens gieren het uit, dat het gelukt is. Ze hebben me zelfs naar het diepste stuk van de modder gekregen haha. Leuk hoor, mama in de maling nemen. We lopen een stukje verder en daar is de modder minder diep, maar nog verdwijnen mijn voeten bij iedere stap. Eigenlijk is het wel heel lekker en behalve Tim lopen we lekker in de modder te stampen. We kunnen wel schaduwen weg zien schieten door het water, maar we zien niet wat voor vissen.

Ik maak mijn been en voeten schoon in het water, maar voordat ik op het gras ben, zijn ze alweer modderig. We proberen ze in het gras schoon te krijgen, maar het is een beetje een drama. Met een bak water en doekjes proberen we bij de camper zo schoon mogelijk naar binnen te gaan. In de camper hangt een beetje een stront lucht, alsof je langs net bemeste velden rijdt. Roken we dat net buiten ook? Ik kan me niet herinneren dat we het op het strandje roken, nou ja het is bedtijd en mijn neus zit flink verstopt, dus ik ruik het niet heel erg. Nu even lekker slapen.

Als we allemaal zitten te chille na het ontbijt ben ik toch nieuwsgierig of ik de vissen, die we gisteren weg zagen schieten, nu wel kan zien. Ik besluit een stukje langs het water te wandelen. Met blote voeten loopt ik voorzichtig door de modder. Ik zie de schaduwen wel weer wegschieten, maar ik kan ze nog steeds niet echt zien. Als ik uit gewandeld ben, loop ik flink door het natte gras en ik kom met bijna schone voeten terug. Fea komt net uit de camper en Rick en Max zijn zich aan het aankleden. Ze willen ook nog even door de modder.

Vanuit de camper kan ik alleen hun hoofden zien en ze lijken het wel naar hun zin te hebben. Ineens komt Fea mijn kant op met haar armen tot haar ellebogen onder de modder. Ik loop snel naar buiten en ze wil graag haar vest uit. Eehhh tja, dan moeten eerst je armen schoon, zeg ik. We lopen samen richting het water en dan zie ik de jongens. Ze hebben al geen shirts meer aan en ze zitten tot hun knieën en ellebogen onder de modder. Mogen we in onze onderbroek mam? Maar..ehhh….hoe….wie…. schoon krijgen????? Ik denk niet dat het nog veel verschil gaat maken en laten we dan in ieder geval de kleren schoon houden. Ik vind het op 1 voorwaarde goed. Ze moeten zich in het water helemaal schoon wassen (het water is ijskoud). Ik hoor gejuich en de laatste kleren verdwijnen met een boog in het gras.

Daar zitten mijn varkentjes dan lekker te modderen.

Tim loopt nog is rond de camper. Hij ruikt stront, maar eigenlijk alleen bij de camper. Het lijkt niet uit de camper te komen. Ik ruik niks, dus aan mij heeft hij niet veel. Een paar dagen geleden vanaf de Amerikaanse begraafplaats, kregen wij een plensbui over ons heen. We reden toen over een landweggetje dat helemaal onder de modder zat. Tim vloekte en tierde toen hij er doorheen reed, want hij zag het 2 meter hoog tegen de camper aan spatten. Hij heeft toen, waar ik de bidon douche stond te testen, de camper gepoetst met emmers water. Ik denk dan altijd, er komt wel weer een bui die het eraf wast, maar Tim kon het echt niet aanzien. Nu denken we:

Zou die modder, stront zijn geweest!!???

Als iedereen weer redelijk schoon is, gaan we een wasmachine zoeken. Deze keer heb ik geen zin in een dure camping met een crappy wasmachine. We gaan nu is een wasautomaat proberen, die je overal bij supermarkten vindt. Op 10 minuten rijden zit er één. We rijden naar Avranges, maar de automaat staat midden in het centrum en er is geen plek voor een camper. We proberen weer snel uit de drukte te komen en rijden naar de volgende automaat, want op 7 minuten rijden is er nog één. Daar aangekomen zit er al was in de machines. We doen nog 1 poging, want er is nog een automaat in de stad op 10 minuten rijden. Maar na 4 minuten rijden zie ik een wasserette zitten. Er is ook genoeg plek om te parkeren. Ik ga even kijken. Het is een zelf service wasserette en terwijl ik aan het kijken ben hoe het werkt, krijg ik hulp van een Fransman. In het Frans legt hij uit hoe het werkt. Mijn Frans stopt bij bonjour en merci, maar ik denk dat ik het snap. Ik ga snel de was halen en terwijl we de machine vullen bedenken we om de rest van de was ook gelijk aan te zetten in een andere machine. De Fransman kletst nog wat tegen ons aan en dan gaan we even winkelen om de tijd te vullen. Na 45 minuten is de was klaar en dan nog 30 minuten in de droger. Na 1 uur en een kwartier staan we met droge en schone was buiten. Dag crappy camping wasmachines, ik weet wel waar ik voortaan mijn was doe. Ik was zelfs goedkoper uit.

We rijden snel richting Mont Saint Michel, want het is 12 uur, dus het past nog wel in ons middagprogramma. Voordat we bij de parkeerplaats zijn en in de pendelbus richting het kasteel zitten, is het toch alweer 2 uur.

Mont Saint Michel is een soort kasteeldorp op een eiland en het ziet er heel tof uit allemaal. Helemaal bovenin is een abdij die je kan bezoeken. Wij willen dat wel, maar we zijn de tijd een beetje vergeten en tegen de tijd dat we bovenin zijn is het 17:02uur en we zijn net te laat om nog een toegangskaartje te kopen. We struinen nog wat door de straatjes en dan gaan we terug naar het opstappunt van de pendelbus. Daar staat nog 200 man te wachten dus we hebben nog wel even te wachten. Terwijl we wachten begint het vloed te worden en het water stroomt als een malle. We staan op een brug en we zien het waterpeil snel hoger worden en stukken land verdwijnen in de zee. Sommige dagen kan het water zelfs zo hoog worden, dat een deel van de brug onder loopt.

Op de plek waar we geparkeerd staan, mogen we ook slapen, maar we vinden het niks. Ook moeten we toch nog een beetje vaart maken om bij Heleen en Koos te komen. Zij gaan over een week naar Nederland en als we nu rustig aan gaan doen, dan lopen we hun mis. We rijden nu dus vast een stuk die kant op en onderweg lijkt ook een fijne camperplek te zijn.

Het is al bijna donker als we de camper parkeren op de camperplaats in la Pertre. Helaas is het sanitair gebouw dicht vanaf oktober, maar we hebben weer nieuwe zakjes op voorraad hahaha. ’s Morgens hangen we eigenlijk veel te lang in de camper. Het leek een beetje somber weer, maar als ik buiten loop dan zie ik dat we op een donker plekje staan en dat het super mooi weer is. Iedereen is een beetje chagrijnig en moppert op elkaar. Tim vlucht naar buiten en gaat even een ommetje maken. Uiteindelijk heb ik iedereen weer rustig en moeten ze van mij ook mee naar buiten. Echt dom van ons om tot de middag op de wifi te blijven hangen. Nu we buiten zijn, zien we hoe fijn het plekje is waar we staan. Aan de overkant van de straat is een park met een zandstrandje en een wc. Tim zit daar al op een bankje. De rest van de middag blijven we daar spelen.

Als we terug komen bij de camper zie ik weer hoe donker de camper staat. Eigenlijk vinden we dat wel zonde. We willen hier nog een nachtje slapen, want we kunnen die rust wel even gebruiken, maar niet in deze donkere hoek. We besluiten de camper in een zonnige hoek te zetten, zodat we lekker buiten kunnen eten. Tim rijdt een rondje met de camper naar het zonnige plekje, maar we staan verkeerd om. Hij draait een pad in, maar moet een stukje achteruit om te draaien. Terwijl hij achteruit rijdt tegen de heg aan, horen we een krak en we zien dat er een paaltje in de heg staat en Tim heeft de paal geraakt met het achterlicht van de aanhanger KAK! Tijd om te eten en van de laatste zon te genieten. Die schijnt nog een half uur en als we het weerbericht checken, dan zien we dat hij morgen niet schijnt. Het geeft ons een dubbel baal gevoel. Morgen maar eerst opzoek naar een nieuw achterlicht. En wat is er toch met die camper aan de hand, hij stinkt nog steeds maar stront!

Vandaag 10 oktober bedenken we dat als we doorrijden dat we over 2 dagen bij Heleen en Koos in Cazals kunnen zijn. We kunnen dan zorgen dat we op Max zijn verjaardag niet hoeven te reizen en misschien is het wel leuk om die dag bij Heleen en Koos langs te gaan, zo heeft Max toch een beetje verjaardagsvisite. Ik app Heleen even of zij dat ook een goed plan vindt en dat vindt ze gelukkig wel leuk. We plannen een verjaardagslunch bij hun.

Maar nu rijden we dus eerst een stuk door, maar we willen ook een nieuwe lamp. We gaan eerste even tanken. We krijgen meerdere apjes dat dat een probleem kan zijn in Frankrijk. We hebben er nog niets van gemerkt, maar we hebben besloten om steeds bij een halve tank te tanken. Nu lukt het ons ook zonder moeite om de tank weer te vullen. Naast de benzinepomp zit een ‘ doe het zelf’ wasstraat. We besluiten de camper even goed af te spoelen. Kijken of dat scheelt in de strontlucht.

Er komt een soort waterige strontmodder van de camper en hele plakken strontmodder onder de camper vandaan haha, dat zal wel schelen nu we dat niet meer meezeulen. De eerste winkel waar we komen voor een nieuwe lamp stuurt ons naar een volgende en die winkel stuurt ons weer naar een volgende en dan weer een volgende ppfffff. Bij die laatste winkel worden we weer doorgestuurd, maar we gaan even niet meer verder. We staan in een afgesloten straat en Tim moet een stuk achteruit. We zijn moe en geïrriteerd en dat merken we tijdens het achteruit rijden, want het aanhangertje werkt niet mee, Tim draait net te ver door, waardoor het aanhangertje het achterlicht van de camper raakt, krak! Kakkerdekakkak, daar ging weer een achterlicht. Dat, laten we even in de zon gaan staan, heeft ons nu 2 achterlichten gekost. We rijden zwijgend door naar een nieuwe camperplek.

We komen op een hele fijne plek bij een boerenwinkel. Er is zelfs een toilet en douche en de plek kost niets. De eigenaar is vriendelijk en spreekt goed Engels. We raken aan de praat en ik gooit eruit dat we een beetje een pech dag hebben en geen lamp kunnen vinden. Hij komt met het idee om twee nieuwe magneetlampen te kopen, die zitten al aan een snoer en met stekker. Dat ziet er makkelijk uit en volgens hem overal te koop. Jammer dat al die winkel medewerkers dat niet konden verzinnen.

We slapen goed en na een douche gaan we fris op pad. De lampen stress is gelukkig weer gezakt. We doen boodschappen en we kopen tape om alle lampen dicht te tapen. Zodra we een Franse Halfords tegenkomen, dan kopen we die set lampen met snoer. Nu gaan we eerst een flink stuk richting Cazals rijden.

We rijden naar Dirac, naar een camperplaats. Onderweg zijn we gestopt bij een winkelcentrum om even de benen te strekken en daar hebben we een nieuwe step gekocht. We hadden er al een uit de opslag gehaald toen we in Nederland waren, maar op de eerste camperplek in Nederland brak het ding door. Nu dus even een nieuwe gescoord, want Fea vindt het super fijn om even rond te rijden. Gelukkig is hier in Dirac een speelplein en daar kan lekker op gestept worden. We komen er alleen snel achter dat de jongens dat ook erg fijn vinden om te doen. Dit zorgt een beetje voor gesteggel. Ik geloof dat we er beter 3 mee hadden kunnen nemen. Als het donker wordt kruipen we allemaal de camper weer in en gaan we slapen. Morgen ons laatste stuk naar Cazals.

We hebben vandaag nog 2,5 uur te gaan. We weten al dat dit voor ons 3 uur zal zijn. We hakken de rit in tweeën. We kunnen dan na 1,5 uur een brood halen en lunchen. Na één uur en een kwartier rijden kijk ik waar een supermarkt zit en daar rijden we heen. Als we er zijn zien we dat er ook een tankstation en een Franse Halfords zit, dus we hebben dubbel mazzel. Bij het tankstation is niemand en er is diesel en bij de Franse Halfords hebben ze de lampen die we zoeken. Nadat we ons broodje op geknabbeld hebben, kunnen we er weer tegenaan. Op naar Cazals.

Eind van de middag rond een uur of 4 komen we in het dorp aan. Google maps stuurt ons naar het midden van het dorp en raakt dan de weg kwijt. Heleen belt waar we zijn en ik zeg dat we de weg zoeken en dat de navigatie ons door een mega smal straatje stuurt. Zij zegt dat dat niet kan kloppen en raad ons aan om even te wachten waar we zijn en dan komen ze ons helpen. Zij rijden ook al in het dorp. Maar we staan al midden in het smalle straatje en we kunnen geen kant meer op. Er staat ook nog een auto geparkeerd en ik roep naar Tim dat het niet past. Hij roept dat het wel past en rijdt door. Ik zie de auto wiebelen en geef een gil en Tim geeft gas om uit het straatje te komen. Heleen roept dat we stil moeten gaan staan, anders kunnen ze ons niet vinden Tim wil alleen maar zo snel mogelijk uit het straatje. We hebben heisa in en met de camper. Twee straten verder lukt het Tim toch om te stoppen op het parkeerplein en Heleen en Koos weten ons snel te vinden. Door de heisa vergeten we helemaal dat we elkaar 4 jaar niet gezien hebben en snel stappen we allemaal weer in en brengen ze ons naar de camperplaats. Gelukkig weten Koos en Heleen die een stuk makkelijk te vinden dan google.

We kletsen een tijd en laten de camper zien. Ik mag Heleen een wasmand meegeven zodat ze die voor ons kan wassen. Naast de camperplaats zit een camping. Deze is al leeg, maar we mogen de douche nog wel een paar dagen gebruiken. We staan eigenlijk best fijn zo en we kunnen hier heerlijk een paar dagen blijven. Maar nu eerst: nog 1 nachtje slapen en dan is Max jarig! Max gaat als eerst naar bed, zodat wij de camper kunnen versieren.

Wat een heerlijk huis en tuin hebben Heleen en Koos en wat een leuke verrassing voor Max. Heleen had gevraagd wat Max lekker vindt en alles staat op tafel en Koos bakt zelfs wat pannekoeken voor iedereen.

Hieper de piep,Max is 12 jaar!

In Cazals vermaken we ons nog wel even.

2 gedachten over “07-10 tm 13-10 Modder, stront en een feestje in Frankrijk.”

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *